De voorstelling Léwé ou l’enfance de l’art is voortgekomen uit de training Danse de Création. Het basis gegeven in de voorstelling is een herkenbaar idee voor alle kinderen: Wat wil ik later worden? Eronder ligt een ernstiger thema: de kind slavernij die nog steeds wijd verbreid is in Benin (in 2011 werkte meer dan 20% van de kinderen onder de 14 jaar onder erbarmelijke omstandigheden).

Waar andere kinderen dromen van een beroep als advocaat, arts of piloot, wil Léwé danseres worden. Maar dansen en naar school gaan is in Benin niet eenvoudig. Vooral niet voor meisjes. Léwé is echter koppig, krijgt problemen op school en met haar vader, en belandt op straat. Daar wordt ze opgepikt door een griezelige man die haar zijn huis in lokt en tot huisslaaf maakt. Hier blijkt haar koppigheid en kracht uiteindelijk Léwé’s redding: ze ziet kans te ontsnappen en weet door de dans haar persoonlijkheid te ontwikkelen. Met haar vrije geest en creativiteit weet ze de weerstand van haar vader en onderwijzer te doorbreken. Ze mag terug naar huis en naar school en toch blijven dansen. Misschien wordt ze later een veel betere advocaat of ingenieur, of misschien wel een danser.

De voorstelling Lewe heeft een bijzondere opzet. Binnen de voorstelling spelen 16 professionele dansers samen met 4 klassen van verschillende basisscholen een scene in de voorstelling en een gezamenlijke eindscène. Zo zijn tussen 2008 en 2010 op vele scholen in het land deze scènes ingestudeerd door de dansers, in combinatie met workshops over creatief en cultureel onderwijs op basis scholen. Léwé is tientallen keren vertoond op schoolpleinen voor een groot aantal toeschouwers , want behalve de hele school kwamen natuurlijk ook alle ouders kijken.
Léwé heeft ongeveer 100.000 kinderen bereikt. Het programma liep van 2008-2010 en werd mede ondersteund door NUFFIC, het Ministerie van Buitenlandse Zaken en Stichting DOEN.